Cambalache
Enrique Santos DiscépoloCari amici, stavo per mandarvi questa canzone non sapendo che... | |
CAMBALACHE Dat de wereld een zwijnerij was en zal zijn, dat weet ik al In het jaar 506 en in 2000 ook Er waren altijd dieven intriganten en oplichters tevredenen en verbitterden edelmannen en klatergoud. Maar dat de twintigste eeuw een uitstalraam is van brutale boosaardigheid wordt door niemand ontkend. We leven wentelend in de wanorde allemaal ploeterend in de zelfde modder. Vandaag maakt het niet uit oprecht te zijn, of verrader onwetend, geleerde of dief edelmoedig of oplichter Alles om het even, niets is beter Een ezel of een grote geleerde, geen verschil Niemand wordt gebuisd, niemand krijgt onderscheiding De immorelen scheren ons over dezelfde kam Als de ene van bedrog leeft en de andere rooft uit ambitie dan blijft het gelijk pastoor te zijn of matrassenmaker, of klaverenheer, schaamteloos of gemeen. Wat een gebrek aan respect welke belediging van het verstand iedereen is een heer iedereen is een dief Alles door elkaar : Stavisky Don Bosco en "La Mignón" Don Chicho en Napoleon Carnera en San Martín Zoals in het oneerbiedige uitstalraam van de brolwinkels, het leven op een hoop, en, gewond door een sabel zie je de bijbel huilen naast de radiator. Twintigste eeuw, brolwinkel dubieus en koortsachtig Wie aandringt kan alles verkrijgen en wie niet oplicht is een idioot Genoeg ! Weg ermee ! We zien elkaar terug in de hel Denk niet meer na, ga aan de kant staan. Niemand geeft er om dat je fatsoenlijk bent geboren Allemaal om het even, hij die zwoegt als een paard, dag en nacht, hij die leeft van de anderen hij die doodt, hij die geneest of buiten de wet leeft. | Que el mundo fue y será una porquería, ya lo sé. En el quinientos seis y en el dos mil, también. Que siempre ha habido chorros, maquiavelos y estafaos, contentos y amargaos, varones y dublés. Pero que el siglo veinte es un despliegue de maldá insolente, ya no hay quien lo niegue. Vivimos revolcaos en un merengue y en el mismo lodo todos manoseaos. Hoy resulta que es lo mismo ser derecho que traidor, ignorante, sabio, chorro, pretensioso o estafador... ¡Todo es igual! ¡Nada es mejor! Lo mismo un burro que un gran profesor. No hay aplazaos ni escalafón, los inmoraleses nos han igualao. Si uno vive en la impostura y otro roba en su ambición, da lo mismo que sea cura, colchonero, Rey de Bastos, caradura o polizón. ¡Qué falta de respeto, qué atropello a la razón! Cualquiera es un señor, cualquiera es un ladrón... Mezclao con Toscanini Ringo Starr y Napoleón Don Bosco y La Mignon, John Lennon y San Martín... Igual que en la vidriera irrespetuosa de los cambalaches se ha mezclao la vida, y herida por un sable sin remache ves llorar La Biblia junto a un calefón. Siglo veinte, cambalache problemático y febril... El que no llora no mama y el que no afana es un gil. ¡Dale, nomás...! ¡Dale, que va...! ¡Que allá en el Horno se vamo' a encontrar...! No pienses más; sentate a un lao, que a nadie importa si naciste honrao... Es lo mismo el que labura noche y día como un buey, que el que vive de las minas, que el que mata, que el que cura, o está fuera de la ley... |