L'estaca
Lluís LlachCABILO [TAQBAYLIT] | |
De staak Opa Siset zat te praten op de trap voor zijn huis tegen mij Wachtend tot de zon op kwam en wagens reden voorbij Siset, ziet u niet deze staak hier waaraan we geboeid blijven staan Als we de kettingen niet breken zullen we niet vrij kunnen gaan Als we gaan trekken, dan zal hij vallen Daar gaat niet veel tijd meer overheen Dan zal hij vallen, vallen, vallen Stort hij aangevreten ineen Als ik hier hard aan de ketting trek En jij trekt hard aan de ketting daar Dan zal hij vallen, vallen, vallen Zo bevrijden wij elkaar Maar Opa Siset, hoe lang duurt het? Mijn handen raken ontveld En als de kracht me in de steek laat raak ik er meer door bekneld Ik weet zeker dat hij verrot is Maar, Siset, het wordt veel te zwaar Dan vergeet ik steeds dat ik sterk ben Zing ons dit lied voor elkaar: Als we gaan trekken, dan zal hij vallen Daar gaat niet veel tijd meer overheen Dan zal hij vallen, vallen, vallen Stort hij aangevreten ineen Als ik hier hard aan de ketting trek En jij trekt hard aan de ketting daar Dan zal hij vallen, vallen, vallen Zo bevrijden wij elkaar Opa Siset spreekt geen woord meer Rukwinden sleurden hem mee Waar zingt hij nu, wie weet het ‘k zit hier nu stil op een tree En, komen ze langs, jonge mensen Dan zing ik met rechte rug Het laatste lied dat Siset zong en me leerde een tijdje terug Als we gaan trekken, dan zal hij vallen Daar gaat niet veel tijd meer overheen Dan zal hij vallen, vallen, vallen Stort hij aangevreten ineen Als ik hier hard aan de ketting trek En jij trekt hard aan de ketting daar Dan zal hij vallen, vallen, vallen Zo bevrijden wij elkaar | Jij Jeddi Siset yessiwel akid-i x ijjen tuffut di tewart, rami ila nettraja ad tenqer nxezzar di karrusat ttekkent εeddant. Siset, ma wer tettwilid jij mani neccin qaε nekref? Mala wer nzemmer ad nennfekk εemmers ad nugur γer zzdat. Mala marra nejbed ad yewḍa, cḥal n wakud i γa tekk qqaε, siγuru ad yewḍa, ad yewḍa, ad yewḍa, qa ad taf tecc-it tzura. Mala tjebded s tzemmar ssa, nec ad jebdeγ s jjehd ssiha, siγuru ad yewḍa, ad yewḍa, ad yewḍa, ad nennufsel γer tlelli. Maca a Siset qa lux aṭṭas zgg°ami, γer i ifassen nselxen, xmi day-qettant tzemmar nttat tettiriw, tettmγur. Ama sneγ, tecc-it tezura Maca a Siset, a qa yeqseḥ, ca n twara tettunt-ayi tzemmar εawed γennej-ayi izli-nni. Mala marra nejbed ad yewḍa, cḥal n wakud i γa tekk qqaε, siγuru ad yewḍa, ad yewḍa, ad yewḍa, qa ad taf tecc-it tzura. Mala tjebded s tzemmar ssa, nec ad jebdeγ s jjehd ssiha, siγuru ad yewḍa, ad yewḍa, ad yewḍa, ad nennufsel γer tlelli. Jeddi Siset wer dd-yerni ca, yusedd uṣemmiḍ yeksi-t akid-s, netta, ussa mani t-iwwi, nic, s wadday n tewwurt. Mani dd-tawyen irebbaren d jdid, kessiγ deg uzellif ad γennjeγ, aγennij aneggar n Siset aneggar day-i yesselmed. Mala marra nejbed ad yewḍa, cḥal n wakud i γa tekk qqaε, siγuru ad yewḍa, ad yewḍa, ad yewḍa, qa ad taf tecc-it tzura. Mala tjebded s tzemmar ssa, nec ad jebdeγ s jjehd ssiha, siγuru ad yewḍa, ad yewḍa, ad yewḍa, ad nennufsel γer tlelli. |